Categorieën
Interviews met Cees Debets Seizoen 2009-2010

2009-2010: De standaard moet verder omhoog.

TS 2009Cees Debets: ‟Ik wil geen zalenboer zijn.”

‟Den Haag heeft dus een echt theaterpubliek, dat is natuurlijk geweldig, maar ik wil meer, meer publiek in een betere omgeving en meer sfeer.”

‟Ik ben met de architect van het gebouw Herman Hertzberger op zoek naar mogelijkheden om dat aan te pakken. Mensen moeten naar binnen gelokt worden en daar verleid worden langer te blijven.‟

‟Ik heb de grote ronde tafel uit de foyer weg laten halen. Fout! De reacties die deze kleine actie met zich meebracht waren enorm. Voor mij was de tafel een obstakel maar veel bezoekers waren aan die tafel verknocht. Bezoekers spraken mij hier persoonlijk op aan als ik in de foyer liep. Het mooie hieraan is dat je merkt dat bezoekers zich erg verbonden voelen met hun theater. Die verbondenheid wil ik stimuleren. Theater aan het Spui moet een plek zijn waar mensen zich thuis voelen.”

‟Het is heel belangrijk om je te realiseren dat het niet zo goed gaat met het Nederlandse theater. En zeker niet met het soort theater dat in Theater aan het Spui te zien hoort te zijn. Dat zijn vaak stukken van jonge makers en de net iets brutalere en verrassender voorstellingen.”

‟Mijn uitdaging is het om het publiek weer enthousiast te maken voor het avontuur.”

‟Theater aan het Spui moet de huiskamer van Den Haag worden. Een plek waar je elkaar ontmoet en waar de voorstellingen en projecten aanleiding zijn voor interessante gesprekken. Maar ook gewoon de plek waar het gezellig is, waar je lol kunt hebben.”

‟Uiteindelijk wil ik dat de voorstellingen langer te zien zijn zodat we er een goede randprogrammering omheen kunnen zetten. Het vluchtige karakter van een voorstelling eenmalig programmeren en de dag erna iets anders, is wat mij betreft verleden tijd.”

‟Theater aan het Spui heeft meer te bieden dan alleen het verhuren van de ruimte. Ik wil geen zalenboer zijn. Natuurlijk is het heel makkelijk om tegen een festivalorganisatie te zeggen dat ze ons gebouw mogen gebruiken, maar we hebben er allemaal baat bij als we kijken hoe we meer voor elkaar kunnen betekenen. Een goed voorbeeld is het Movies That Matter filmfestival.”

‟Na lange tijd komt het jeugdtheater terug. De voorstellingen van Stella Den Haag, Theatergroep Max en ook van De Toneelmakerij zijn voortaan weer te zien in Theater aan het Spui. Op jeugdtheatergebied behoren zij tot de beste van de wereld en genieten internationale bekendheid. Ik ben trots dat wij dat kunnen laten zien aan het Haagse publiek. Verder wordt muziektheater de rode draad door de programmering. Theater aan het Spui had door groepen als de Veenfabriek en Orkater al veel goeds in huis. Dat wil ik verder uitbouwen want er is nog veel meer.”

‟We blijven zelf voorstellingen maken maar dan moet er wel geld zijn. Een productiehuis doe je er niet zomaar even naast, daar moet je serieus mee omgaan. En er moet geld voor komen want dat is er nog niet.”

‟De standaard moet de komende jaren verder omhoog. Theater aan het Spui moet een exclusieve programmering hebben, de beste en meest bijzondere voorstellingen. Niet alleen Nederlandse maar ook belangwekkende voorstellingen uit het buitenland wil ik hier graag zien. Het Spuiplein moet het beste cultuurplein van Europa worden. Te beginnen met kleine stapjes zoals betere koffie en dat de deur voor je opgehouden wordt. Kleine ambitie en grote ambitie gaan hand in hand. Het beste theater dat slechte koffie serveert is natuurlijk ondenkbaar.”